Op naar de toekomst

Wat hebben we weer een mooi seizoen met onze historische auto’s achter de rug! Ze zijn nu, in de winterperiode, toe aan rust en aandacht, om in 2018 weer fris aan de start te verschijnen.

Nu is al zeker dat we ook als vereniging een goed jaar tegemoet gaan. Los van het feit dat de KNAC dan 120 jaar bestaat, worden onze rally’s en evenementen druk bezocht en zijn ze doorgaans razendsnel volgeboekt. Daarnaast blijven we groeien, tegen alle maatschappelijke tendensen in. Verder waardeert u ons magazine en zijn we – niet onbelangrijk – financieel gezond. Weinig reden om ons zorgen te maken dus. Daarentegen verdient de historische auto in zijn algemeenheid meer aandacht dan ooit. Weliswaar gaf de overheid ons mobiele erfgoed zelfs een officiële status, maar dat wil nog niet zeggen dat we er nu onbeperkt van kunnen genieten. Zo leggen steeds meer steden met milieuzones de waarde van ons erfgoed naast zich neer. Dat wij u moeten vragen om niet met uw oude dieselauto naar onze ledenvergadering in het Utrechtse Spoorwegmuseum te komen, omdat dit binnen de milieuzone ligt, is natuurlijk erg vreemd.

Ook in de landen om ons heen is de regelgeving ondoorzichtig. Zo mag je in Antwerpen alleen met je historische auto komen als je ervoor betaalt. Verderop, in Frankrijk, verschillen de regimes van stad tot stad. En in Italië is helemaal sprake van een lappendeken aan voorwaarden. Alleen de Duitsers lijken het goed geregeld te hebben. Met een zogenaamd H- of 07-kenteken kun je met je historische auto in alle steden met een ‘Umweltzone’ vrij rijden. Zou dit systeem niet ook een goed uitgangspunt kunnen vormen voor regelgeving in heel Europa? Dat thema gaan we aankaarten binnen de Fédération Internationale de l’Automobile (FIA), waarin we als KNAC al zoveel jaar zitting hebben en meebeslissen.

Als vereniging hebben we de wind dus in de rug en de zon op ons gezicht. Maar dat is zeker geen reden om in 2018 achterover te leunen, want ons mobiele erfgoed verdient de komende tijd alle aandacht. Zoiets moois mag immers nooit worden vermorzeld door symboolpolitiek en regelgeving waar niemand werkelijk beter van wordt.