De auto-ontwerper die in de jaren zeventig een belangrijk stempel op de merken Citroën en Renault drukte, Robert Opron, is overleden. Hij bezweek vorige week op 89-jarige leeftijd aan de gevolgen van corona.
Opron begon zijn carrière in de luchtvaart, maar trad in 1958 in dienst bij Simca. Zijn afdeling werd echter gesloten en na een korte onderbreking als ontwerper van huishoudelijke apparaten, ging hij bij Citroën werken onder Flaminio Bertoni, die verantwoordelijk was voor de Traction Avant, de 2CV en de DS. Na de dood van Bertoni in 1964 werd Opron hoofdontwerper. Hij moderniseerde het design verder en was onder meer verantwoordelijk voor de gedurfde SM, de GS en de CX.
Na de overname van Citroën door Peugeot, stapte Opron over naar Renault, waar hij voor de facelift van de Alpine A310 tekende en onder meer verantwoordelijk was voor de Fuego, de 10, 11 en 25. Daarnaast tekende hij de hoekige Renault Magnum vrachtauto.
Opron verliet Renault in 1985 en ging voor het Fiat Centro Stile werken, waar hij de designstudies mocht vormgeven. Uit zijn koker stamt de ES30, waaruit later de Alfa Romeo’s SZ en RZ zouden ontstaan. In 1992 ging hij met pensioen. Maar hij bleef wel als designconsultant werkzaam tot 2000.