De klassiekermarkt is momenteel erg lauw en dat beperkt zich niet alleen tot Nederland. Natuurlijk wordt er nog wel het een en ander verkocht, vooral in het hogere segment. Maar op het ‘maaiveld’ ligt het aardig stil. Een analyse van klassiekerkenner Martin van der Zeeuw.
Terugkijkend op het afgelopen jaar is er een zekere stabiliteit en zelfs een lichte daling in de klassiekerverkopen te zien, zeker vergeleken met de bruisende stijgingen in 2021. Uiteraard zit hier een verband in en heeft de markt daardoor inmiddels een soort verzadigingspunt bereikt. Iets wat ook sommige klassiekerdealers schoorvoetend toegeven. In de hogere segmenten kabbelt het wel door omdat zich daar de exclusievere en unieke modellen bevinden, én omdat er ook nog steeds geld is. Al is de echte gekte een beetje over, onder meer omdat de economische situatie tot voorzichtigheid maant.
Analoge supercars
Auto’s die nu meer in trek beginnen te komen, zijn de ‘analoge supercars’ als de Ferrari F40. Het topsegment sportwagens uit de jaren vijftig en zestig staat nog wel redelijk stevig in de schoenen, maar de prijzen stagneren en beginnen zelfs al wat te dalen, een enkele uitzondering daargelaten. Er zal altijd vraag zijn naar dit soort auto’s vanwege hun design, historie en individualiteit. Maar de jongere generatie liefhebbers verlegt de focus langzamerhand richting de jaren tachtig en negentig. Misschien nog een beetje jaren zeventig, maar verder terug dan dat gaat het niet.
Sociale component
Het is al veel langer gaande – en ook op je vingers na te tellen – dat de boomercollectioneurs langzamerhand uit de markt verdwijnen. Voor hun kinderen geldt echter dat ze vaker niet dan wel interesse hebben in de auto’s uit de verzameling van (meestal) hun vaders. Als ze al geïnteresseerd zijn in het voortzetten van de collectie of de hobby als zodanig, richten zij zich vaak op jongere automobielen. Steeds vaker bieden veilinghuizen complete collecties klassiekers aan uit ‘deceased estates’.
Overschot aan betaalbare klassiekers
De Porsches en Ferrari’s vinden hun weg wel, vaak naar Dubai en omstreken, maar in het lagere segment wordt de markt overspoeld door auto’s die niemand meer wil hebben. Mede dankzij de importgolven in de jaren zeventig en tachtig is er nu een overschot aan betaalbare klassiekers, waardoor die ene Ford Taunus of Citroën DS die al ruim dertig jaar stof staat te happen in de schuur nauwelijks meer iets waard is. Taunussen en DS’en genoeg immers. A propos Citroën: een Traction Avant bijvoorbeeld, herinnert vijfenzeventigplussers nog aan hun studententijd. Maar voor een dertig jaar jongere autoliefhebber is het gewoon een nietszeggend en dus oninteressant stuk antiek.
Evenementenkalender
Daarnaast wil die jonge liefhebber een auto waarmee je iets kunt. Ze willen ergens bij horen, meedoen aan evenementen. Of dat nu concoursen zijn, clubmeetings, lokale ‘oldtimerfestivals’ of ritten. Aan de ‘moderne’ beleving van de klassiekerhobby zit een belangrijke sociale component. De ‘cars & coffees’ zijn nog steeds een goed lopend fenomeen en ook plaatselijke oldtimerdagen worden goed bezocht. De keuze van de auto is dus als het ware op de evenementen-kalender gericht, die zich trouwens ook meer uitbreidt van vroeger in het voorjaar tot dieper in het najaar.
Restomod
Het vraagt dan om een auto die goed kan meekomen op de snelweg, behoorlijk betrouwbaar is, die niet op een trailer mee hoeft of die een halfjaar of langer stilstaat omdat je zit te wachten op een vervangend onderdeel. Die Fiat Topolino of Renault 4CV vallen dus voor de meeste jongere liefhebbers al af. Een Toyota Celica of Datsun 240Z komen meer in de richting. En het verklaart ook waarom zij vaker neigen naar een restomod: een klassieke auto met moderne componenten als een sterkere motor, schijfremmen, verbeterde wielophanging en kleinere aanpassingen als elektronische ontsteking. Een gruwel voor de puristen, maar een pluspunt voor veiligheid en betrouwbaarheid. Overigens is het een moderne naam voor iets wat van alle tijden is.
Het tweede deel van de analyse van Martin van der Zeeuw over de consolidatie van de klassiekerprijzen is hier te bekijken.