Eind dit jaar telt ons land, althans dat is de verwachting, meer dan 200.000 kampeerauto’s. En dat is grofweg een verdubbeling ten opzichte van tien jaar geleden. Met name onder jongeren en jonge gezinnen zijn ze razend populair en bijna niet aan te slepen. Ook steeds meer van onze leden schaffen een camper aan. Volgens de voorzitter van de Kampeer en Caravan Industrie (KCI) zijn het gaan en staan waar je wilt, niet afhankelijk zijn van touroperators en geen lange wachtrijen op luchthavens belangrijke redenen om een camper aan te schaffen en ermee op reis te gaan. Ik kan mij dit goed voorstellen.
Maar volgens mij is er bij Nederlanders ook altijd een financiële reden. Mijn buurman kocht onlangs ook een tweedehands kampeerauto en rekende mij voor dat een drieweekse rondreis door Schotland voor vier personen zeker € 10.000,- aan hotelovernachtingen zou gaan kosten. Daarom had hij een kampeerauto gekocht. Als het hem niet beviel, kon hij die eenvoudig weer van de hand doen en zelfs een klein verlies op de koop toe nemen. Ik kon hem geen ongelijk geven. Hoewel ik eerlijk moet bekennen dat ik nooit een kampeerauto zal aanschaffen, maar dat heeft te maken met een combinatie van smetvrees, claustrofobie en mijn lengte van twee meter. En kamperen, of iets wat daar ook maar op lijkt, is niet mijn ding. Ondanks dat je met een kampeerauto flink kunt besparen op overnachtings- en verblijfskosten, is de aanschaf een dure hobby. De economische wetten zijn hier keihard: veel vraag en weinig aanbod zorgen voor hoge prijzen. Een nieuwe kost gemiddeld tussen de zeventig en honderdtwintigduizend euro. En ook voor een tien jaar oud tweedehands exemplaar tik je zomaar vijftig mille en meer af.
Nieuwe en niet al te oude kampeerauto’s zijn goed te verzekeren. Heb je een autoverzekering met flinke no-claimkorting, dan kun je bij een verzekeraar vaak deze korting ook krijgen voor je kampeerautoverzekering. En dat maakt de premie gelijk een stuk sympathieker. Let goed op dat je ook je accessoires en inventaris meeverzekert of er in ieder geval goed over nadenkt, want de bedragen voor spullen in en aan een camper kunnen aardig oplopen. Een groter probleem zijn de kampeerauto’s van grofweg ouder dan 25 jaar en creatieve creaties zoals omgebouwde brandweerwagens, Volvo-stationcars of voormalige begrafenisauto’s. Om maar wat te noemen.
We krijgen veel aanvragen om oude kampeerauto’s te verzekeren, omdat we erom bekend staan klassieke auto’s te verzekeren. Maar enkel en alleen een oude klassieke kampeerauto verzekeren doen we al lang niet meer. We zijn immers een autoclub. Ook bij de grootste kampeerautoclub van Nederland (NKC) kun je je kampeerauto ouder dan dertig jaar niet meer verzekeren. Niet dat er veel schades worden gereden met oude campers, maar het heeft – denk ik – meer te maken dat in hun kampeerautoverzekering pechhulp in Nederland en het buitenland standaard meeverzekerd is. De kans dat zo’n oude kampeerauto in het buitenland met pech komt te staan, is helaas vrij groot, zo blijkt uit de statistieken. En het repatriëren van een kampeerauto is erg duur. Het is niet voor niets dat wij bijna drie jaar geleden de pechhulp buitenland voor kampeerauto’s uit de basisdekking hebben gehaald. Deze dient nu tegen extra premie verzekerd te worden. Het dichtgooien van de verzekeringsdeur door de NKC, een vereniging met inmiddels 65.000 leden, kan tot onverzekerbaarheid leiden. KNAC-leden die al voor een moderne of klassieke personenauto een verzekering hebben lopen bij ons, zijn ook met hun – liefst niet al te oude – kampeerauto van harte welkom.
Kees de Regt
Manager Verzekeringen

Aantal verkeersdoden daalt opnieuw
Volgens het CBS lag het aantal mensen dat omkwam in het verkeer in 2024 iets lager dan een jaar eerder…