Wat was het weer een mooi rallyseizoen! En eigenlijk is dat het nog steeds, want er staan nog een paar najaarsritten op de kalender voordat de winterstop zich aandient. Ik betrap mezelf er trouwens op dat ik de perioden vóór die evenementen minstens even leuk vind als de ritten zelf.
In de schaarse vrije tijd die je dan hebt moet de auto immers klaargemaakt worden voor de taak die hem te wachten staat. Ik neem dat, tot verbazing van mijn familie, zeer serieus. Opruimen en schoonmaken bijvoorbeeld, zijn nou niet direct zaken waarin ik uitblink, maar als het gaat om de oude Alfa Romeo in de garage gelden er andere wetten. Ook de vrijdagavond voorafgaand aan een rit ben ik ineens reuze enthousiast over zaken die mij in het dagelijks leven volkomen koud laten. Met plezier rijd ik dan met onze jongste dochter naar Zandvoort, waar je sinds kort Super 102 octaan kunt tanken. Ja, veel te duur, maar ik heb het gevoel dat de Alfa er veel mooier op loopt. Daarna maak ik de voorruit schoon, loop ik alle vloeistoffen na – pas nog gedaan, maar ja, je weet nooit – en controleer ik de bandenspanning. Thuis maak ik de klus af met stofzuiger en poetsdoeken, gadegeslagen door mijn familie, die zich glimlachend – hoofdschuddend? – verbaast over zoveel toewijding.
De volgende morgen is het geen enkel probleem om vroeg op te staan. Ik verheug me tijdens de eerste koffie op een lege N206 (de Duinweg), in combinatie met de opkomende zon en de lucht van gemaaid gras. Veel beter wordt het niet. Onderweg pik ik bij een saaie carpoolplek mijn bijrijder op, om samen naar de startplaats te rijden, waar we worden onthaald met lauwe filterkoffie uit geleende gamellen van de padvinders, plakken droge cake en de vrolijke klanken van de harmonie, die de avond daarvoor overduidelijk tot diep in de nacht heeft opgetreden op de braderie.
Dat zijn de momenten waarop ik denk: wat is het leven van een auto-enthousiast toch fantastisch!
Carl Höhner
Waarnemend voorzitter