Verzekeren lijkt steeds meer uit te draaien op een kat-en-muis-spel tussen verzekeraars en verzekerden. Waarbij de verzekerden de muizen zijn die niet in de valstrikken van de verzekeraars proberen te stappen. Soms worden zij hierbij geholpen door het Klachteninstituut Financiële Dienstverlening (Kifid).
Onlangs waren er nog twee soortgelijke uitspraken van het Kifid in het voordeel van verzekerden. Een verzekeraar had de gangbare uitsluiting ‘ernstige mate van schuld’ opgerekt naar ‘niet voorzichtig genoeg’. Het zal u niet verbazen dat een verzekeraar al snel vindt dat u niet voorzichtig genoeg was en dus een claim afwijst. Normaal worden ook spullen die gestolen worden omdat ze open en bloot op de achterbank liggen niet vergoed op een reisverzekering. De meeste mensen vinden dat ook logisch, dan had je die spullen maar in de kofferbak moeten leggen of mee moeten nemen. Maar in één geval zat een verzekerde met zijn reisgenoot binnen koffie te drinken na een lange rit en had hij zicht op zijn auto. Toch werden twee rugzakken met inhoud onder zijn neus vandaan uit de auto gestolen. In een oogwenk was een ruit ingeslagen en waren de rugzakken verdwenen. De schadeclaim werd afgewezen. De verzekeraar vond dat een ervaren reiziger moest weten dat er langs de Spaanse snelwegen veel wordt gestolen en dat één persoon koffie had kunnen halen, terwijl de ander bij de auto op de spullen had kunnen passen. ‘Niet voorzichtig genoeg’, luidde het oordeel. Geen uitkering.
Het Kifid keek bij de behandeling van deze zaak in het bijzonder naar de term ‘niet voorzichtig genoeg’, die in de polisvoorwaarden stond. Deze was te zien als een ‘normale voorzichtigheidsclausule’, aldus de geschillencommissie van het Kifid. En uit de rechtspraak volgde dat deze clausule zo moest worden uitgelegd dat een verzekeraar dekking op grond van deze clausule alléén kan weigeren indien de verzekerde een ernstige mate van schuld is te verwijten. Dat was hier niet het geval, vond het Kifid. De verzekerde had de auto in het zicht gehouden en dus de nodige voorzorgsmaatregelen getroffen. Of hij ook meer had kunnen doen om de diefstal te voorkomen – en er dus sprake is van lichte mate van schuld – bleef buiten beschouwing.
Voor consumenten ben ik blij met het standpunt van de geschillencommissie. In de praktijk zie ik vaker dat uitsluitingen worden opgerekt, of dat er door verzekeraars met een kaasschaaf over de polisdekkingen wordt gegaan. Ondanks dat Nederlanders alles verzekeren wat los en vast zit worden polisvoorwaarden bar slecht gelezen. De focus ligt op een lage premie. Vooral internetverzekeraars maken dankbaar gebruik van deze wetenschap. In dit geval werd de ‘opgerekte’ uitsluiting (‘niet voorzichtig genoeg’) gecorrigeerd naar de ‘gangbare’ uitsluiting (ernstige mate van schuld). Consumenten worden hier dus door het Kifid in bescherming genomen. Deze uitspraak is bemoedigend, maar kan niet als vrijbrief worden gebruikt. Elke schade staat weer op zich. Lees dus altijd goed wat er wel verzekerd is en vooral ook wat en wanneer iets niét verzekerd is. Want wat baten kaars en bril als de uil niet zien en lezen wil?
Kees de Regt
Manager Verzekeringen